COC Nederland is positief over de uitspraak die de Raad van State op woensdag 8 juli deed over lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender (LHBT) asielzoekers. De Raad boog zich over de vraag hoe de overheid moet vaststellen of een asielzoeker daadwerkelijk LHBT is.
De Raad stelde de drie asielzoekers uit Afghanistan, Gambia en Oeganda die de zaak aanspanden in het gelijk. Staatssecretaris Klaas Dijkhoff van V&J heeft zijn besluit over hun asielverzoeken volgens de Raad ‘ondeugdelijk’ gemotiveerd. Het COC feliciteert de asielzoekers en hun advocaten van harte met deze overwinning.
De uitspraak van de Raad van State heeft volgens het COC belangrijke gevolgen voor andere LHBT’s die in Nederland asiel aanvragen. Zo besloot de Raad dat de staatssecretaris van V&J beter inzichtelijk moet maken hoe hij oordeelt over de geloofwaardigheid van de seksuele gerichtheid of genderidentiteit van een asielzoeker.
De Raad wil bijvoorbeeld dat de staatssecretaris duidelijker maakt welke vragen gesteld worden over de seksuele gerichtheid of genderidentiteit, welke onderzoekssystematiek hij hanteert, hoe hij antwoorden van asielzoekers beoordeelt en welk gewicht hij aan hun verklaringen toekent.
Later uit de kast
De Raad van State vindt ook dat het aan asielzoekers niet mag worden tegengeworpen als ze niet direct aan het begin van hun asielprocedure ‘uit de kast komen.’ Veel LHBT-asielzoekers vertellen pas later in de procedure dat ze LHBT zijn, uit schaamte of uit angst. Het komt nog altijd voor dat zo’n latere coming out ertoe leidt dat asielverzoeken van LHBT’s worden afgewezen.
Seksuele activiteiten
Verder onderstreept de Raad dat aan LHBT-asielzoekers geen vragen mogen worden gesteld over seksuele activiteiten en seksuele handelingen. Ook mogen LHBT-asielzoekers niet worden onderworpen aan seksuele ‘tests’ of medische onderzoeken en mag beeldmateriaal van seksuele handelingen niet worden betrokken bij het oordeel over hun asielverzoek.
Het COC pleit al enige jaren voor deze verbeteringen van het LHBT-asielbeleid. Dat gebeurde bijvoorbeeld in het rapport Fleeing Homophobia (2011) van de Vrije Universiteit en COC, het eerste onderzoek ooit naar asielbeleid en -praktijk voor LHBT’s in Europa.
Teleurstelling
Het COC is teleurgesteld dat de Raad van State niet heeft erkend dat de eigen verklaring van de asielzoeker over diens seksuele gerichtheid of genderidentiteit bepalend zou moeten zijn voor de vraag of de betrokkene daadwerkelijk LHBT is. Volgens het COC zit de seksuele identiteit ‘van binnen’ en is het niet mogelijk om objectief vast te stellen of iemand LHBT is. De belangenorganisatie gelooft daarom ook niet in het opstellen van standaard vragenlijsten om te bepalen of een asielzoeker LHBT is.
Met haar oordeel van 8 juli geeft de Raad van State haar interpretatie van een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 2 december 2014. De Raad had het Hof gevraagd om meer duidelijkheid over het beoordelen van asielverzoeken van LHBT’s.
[Bron: COC NL – Foto Raad van State: CC-Hay Kranen]
Het COC vecht voor LHBT-rechten. Vecht mee!