De Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa (PACE) heeft voor het eerst een resolutie aangenomen waarin ook de positie van kinderen met een intersekse conditie aan de orde komt.
In de resolutie worden de lidstaten van de Raad van Europa opgeroepen ‘onderzoek te stimuleren om de kennis te vergroten over de specifieke situatie van mensen met een intersekse conditie’. Verder wordt opgeroepen ‘te waarborgen dat niemand onderworpen wordt aan onnodige medische of chirurgische behandelingen, die meer cosmetisch zijn dan van vitaal belang voor de gezondheid van kinderen’ en ‘het waarborgen van de lichamelijke integriteit, de autonomie en zelfbeschikking van de betrokken personen’. Tenslotte wordt ook aanbevolen dat ‘gezinnen met kinderen met een intersekse conditie adequate hulpverlening en ondersteuning’ krijgen.
Dit is de eerste keer dat in een resolutie van een Europese instelling aandacht wordt gegeven aan de positie van mensen met een intersekse conditie. ILGA-Europe – de Europese koepelorganisatie van LBHT-organisaties – en de Organisation Intersex International Europe (OII Europe) zijn verheugd met het aannemen van de resolutie en spreken van een ‘historische gebeurtenis’.
Het taalgebruik van de resolutie duidt er volgens ILGA-Europe en OII Europe op dat er een verschuiving is opgetreden van het nu gebruikelijke medische domein naar een benadering die van intersekse conditie een mensenrechtenkwestie maakt. Dat blijkt uit de nadruk op lichamelijke integriteit, autonomie en zelfbeschikking en de oproep om een eind te maken aan cosmetisch-medische en chirugische behandelingen.
De resolutie is gebaseerd op het rapport van PACE-lid Marlene Rupprecht. ILGA-Europe en OII Europe danken haar voor het feit dat ze de inbreng van deze organisaties in haar eindrapport heeft opgenomen.
Zie: Resolution 1952 (2013) Children’s right tot physical integrity
[Bron: ILGA-Europe, OII Europe – Foto Raad van Europa – PACE: CC-PPCOE]